De oorzaken van gevaren en daarmee ook de technische maatregelen ter voorkoming ervan kunnen erg verschillend zijn. Daarom wordt er onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten veiligheid, bijvoorbeeld op basis van de oorzaak van mogelijke gevaren.
Er is sprake van "functionele veiligheid" wanneer de veiligheid afhangt van de correcte werking van een besturingssysteem.
Bij de eisen aan de functionele veiligheid speelt de risicobeoordeling een centrale rol. Uit de norm EN ISO 12100 blijkt welke stappen u bij de risicobeoordeling en risicoreductie van machines moet volgen. De beoordeling en verificatie van veiligheidsfuncties vallen onder de normen EN ISO 13849 en EN IEC 62061, op voorwaarde dat de vereiste technische beschermingsmaatregel afhankelijk is van een besturingssysteem. Uit de risico-inschatting vloeien de eisen aan de veiligheidsintegriteit (PL, SIL) voort.