Het IP-adres kan worden onderverdeeld in een net-ID en een host-ID. De net-ID is nodig voor de adressering van het netwerk en de host-ID voor de adressering van de netwerkdeelnemer binnen een net.
Voor netwerken die rechtstreeks met het internet moeten worden verbonden, verstrekt een commissie (InterNIC) een vrije net-ID. De netwerkadministrator wijst de net-ID toe.
De toewijzing van de host-ID kan vrij worden gekozen door de gebruiker. Daarbij dient rekening te worden gehouden met de uniciteit van het IP-adres. De host-ID dient in overleg met de netwerkadministrator te worden verstrekt.